De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed beheert een kunstcollectie van ongeveer 150.000 objecten uit allerlei disciplines: de Rijkscollectie.
Daarnaast zijn er wetenschappelijke referentiecollecties op het gebied van archeozoölogie, archeobotanie, dendrochronologie, natuursteen, plastics, natuursteenmonsters en kleurstoffen. De Rijksdienst onderscheidt drie categorieën collecties: referentiecollecties, documentatie/archief van onderzoek en ‘strikte’ collecties.
Soms zijn collecties voortgekomen uit de archiverende, documenterende wettelijke taken op gebied van monumentenzorg. De kunstcollectie is in de vorige eeuw tot stand gekomen door rijksaankopen, schenkingen en legaten, overdrachten en na de Tweede Wereldoorlog gerecupereerde kunstwerken, de Contraprestatie en de Beeldende Kunstenaars Regeling (BKR). De maritieme rijkscollectie is in hoofdzaak opgebouwd uit scheepsarcheologische vondstcomplexen.
Een belangrijk onderdeel van de Collectie Nederland bestaat uit moderne kunst, dat wil zeggen, kunstwerken die gemaakt zijn in de 20e eeuw, vaak met destijds actuele materialen zoals plastics. Het ontbreekt vaak aan voldoende kennis over en ervaring met de materialen die moderne kunstenaars in hun werk toepasten en nog altijd toepassen. Om welk materiaal gaat het precies? Hoe heeft dit materiaal zich in de loop van de tijd gehouden en wat kunnen we daaruit opmaken voor de toekomst?
Van sommige materialen is bekend dat ze relatief snel vergaan of onder invloed van licht en temperatuur van vorm en uiterlijk veranderen, maar van andere niet. Kunnen onderdelen − indien nodig − zomaar worden vervangen of is de keus van de kunstenaar onvervangbaar? Kortom: hoe kunnen we dit object het beste bewaren?
Naar dit soort aspecten doet de RCE onderzoek, zowel binnen de eigen Rijkscollectie als in samenwerking met verschillende partners. De collecties, het depot en het collectiebeheer in eigen huis dienen voor de Sector Kennis als ‘laboratorium’ bij de ontwikkeling en toetsing van methoden en oplossingen. Deze combinatie van praktijk en theorie, van advies, onderzoek én collectiebeheer binnen één instelling is uniek, zowel in Nederland als daarbuiten.
De kennis en ervaring opgedaan in de eigen organisatie maken het mogelijk vragen uit de praktijk van het veld te verzamelen, te monitoren en te vertalen naar algemenere onderzoeksvragen. Op deze manier helpt de Rijkscollectie kennis genereren, die inzetbaar is voor het behoud van de Rijkscollectie en voor het erfgoedveld als in zijn totaliteit.